Eén team, één taak

De waarde van een écht gezamenlijke visie op besturen en toezichthouden.

18 november 2024

We mochten ons in het afgelopen jaar bij een aantal woningcorporaties en onderwijsinstellingen bemoeien met de relatie tussen bestuurders en toezichthouders. Waar de vraag precies startte maakte eigenlijk niet uit: in alle gevallen kwamen we uit bij de behoefte aan een gezamenlijke visie op besturen en toezicht houden. Voor woningcorporaties schrijft de governance code dit ook voor.

Een snelle scan laat zien dat deze visies bij woningcorporaties nogal van elkaar verschillen: in lengte, in onderwerpen én in de zo gewenste gezamenlijkheid. Vooral in de omvangrijkere visies zien we veel ‘hygiëne’-factoren terug: voorschriften en opsommingen, die ook al staan in wetten, statuten of reglementen. De kortere versies zijn over het algemeen wat meer ‘visionair’ en spreken veelal over waarden, rollen en gedrag. Maar wat ons opviel is dat uit veel visies weinig gezamenlijkheid spreekt. In essentie gaan ze over de rvc en meestal is een korte paragraaf opgenomen over het bestuur.

Wat ons trof in de gezelschappen die we dit jaar mochten begeleiden, is juist de grote meerwaarde van de échte gezamenlijkheid bij het komen tot zo’n visie.

Waarbij bestuurders en commissarissen antwoorden vinden op de vraag “Wat maakt nou déze specifieke groep mensen een goed functionerend team?”. Waarin ieder zijn of haar rol vervult en de leden gezamenlijk verantwoordelijkheid nemen voor het resultaat.

Echte gesprekken
Daar samen toe komen en doorleven is essentieel. Dus niet: starten met een concept document volgens een standaard inhoudsopgave en daar nog een beetje aan schaven. Maar eerst échte gesprekken aangaan en ervaren wat de kern is. Je moet open, energieke en soms ongemakkelijke gesprekken willen voeren met elkaar. Het helpt als bestuurders en commissarissen ongecensureerd hun eigen ‘boodschappenlijstjes’ mogen opstellen, over wat zij bij elkaar willen zien. Het is belangrijk om te praten over hoe je je gedraagt als iets echt moeilijk of spannend wordt, liefst gevoed door concrete voorbeelden. Het is essentieel om te verdiepen wat ieder verstaat onder bepaalde waarden, hoe dat er in de praktijk uitziet en ook wat het níet is. Dat vraagt tijd, goede voorbereiding en misschien begeleiding.

En dan op papier
Na de gesprekken komt pas de vertaling naar het papier. Tijdens de bijeenkomsten die wij begeleidden werd regelmatig opgemerkt dat het gesprek eigenlijk véél belangrijker was dan wat er vervolgens op papier zou komen. Maar dat klopt toch niet helemaal. Het goed op papier krijgen is óók belangrijk. Want op dat papier moet weerklinken waar die waardevolle gesprekken toe hebben geleid. Dat moet herkenbaar zijn, hetzelfde gevoel oproepen. Woorden doen ertoe en vormgeving kan helpen.

En wat is dan het praktische nut hiervan?
Als de gesprekken goed gevoerd zijn, heeft dat niet alleen een gezamenlijke visie opgeleverd, maar tegelijkertijd een bondgenootschap en een handleiding van hoe bestuur en rvc met elkaar willen omgaan. Het levert een ‘anker’ op voor de periode daarna, voor het toezichthouden en samenwerken in de praktijk, voor de jaarlijkse zelfevaluatie. Maar ook nadrukkelijk voor de invulling van de rol van werkgever, zowel bij het werven als bij het beoordelen van de bestuurder.

In relatie daarmee zien wij in de gesprekken en in de visies een aantal thema’s steeds terugkomen:

  • De stijl van toezichthouden door de rvc en van verantwoorden door de bestuurder. Waarbij het er minder om gaat wat inhoudelijk is besloten, maar vooral dat duidelijk wordt hoe keuzes zijn gemaakt, wat afwegingen waren en hoe zorgvuldig belangrijke besluiten tot stand kwamen. Dit geeft tegelijkertijd richting aan de invulling van begrippen als ‘kracht en tegenkracht’ en ‘op gepaste afstand staan’.
  • Moeten kunnen vertrouwen op de interne en externe controlerende mechanismen en personen. Er zijn al zoveel controleurs: vooral toezichthouders zien hun eigen meerwaarde daarom niet in de controle van details, maar in het op hoofdlijnen borgen van de maatschappelijke waarde en continuïteit van de organisatie.
  • Diversiteit. Wat zich met name vertaalt in het organiseren en inbrengen van meerdere diverse perspectieven in de afweging en beoordeling. Dat vraagt om visie en zelfreflectie op de samenstelling van bestuur en rvc, maar ook om bewuste invulling van de netwerk- en ambassadeursrol en om een brede blik op stakeholdermanagement.

Deze thema’s helpen bij het goed invullen van de werkgeversrol. Ze ondersteunen wederzijds vertrouwen, openheid en respect. Waardoor voor de bestuurder ruimte ontstaat en voor de commissarissen de balans tussen loslaten en vasthouden makkelijker wordt gevonden. Zodat beoordelen waarderen wordt, toezichthouders ‘critical friends’ kunnen zijn en corporaties kunnen floreren in hun maatschappelijke betekenis. Want dát was toch altijd de bedoeling?

Karin Waldram

Meer weten?

Karin vertelt je er graag meer over

06 55 36 18 54

k.waldram@vannimwegen.nl